Zoals het schilderij voorstelt, zo is de Zenne heden ten dage niet meer te vinden, ik hoop dat het ooit nog eens gebeurt maar dat zal De Wandelaar zeker niet meer meemaken. Zondag 23-07-2006 ll. namen we deel aan De Zennetocht die vertrok vanuit Leest, deelgemeente van Mechelen.
Even een beetje meer over deze rivier, want dat is het inderdaad. De Zenne ontspringt in het gehucht "Naast" op een hoogte van 123 meter ten zuiden van Zinnik, om het in de taal van Molière te zeggen "Soignies" om na een afdaling van 103 km lengte in de Dijle te belanden te Heffen ten noorden van Mechelen op een hoogte van 5 meter. De Zenne heeft dan een stroomgebied van 1164 km² achter de rug.
In Drogenbos is dit water nog van goede kwaliteit, je kan er nog ongeveer een halve meter diep in kijken en de breedte is van dien aard dat men er met een goede aanloop juist niet kan overspringen, er zijn zelfs nog waterplanten en eenden te zien die hier hun dagelijkse kwaak komen doen.
Verder ligt dus het probleemkind, Brussel, vanaf Anderlecht tot men Vilvoorde door is, is de Zenne voor 3/4 ingemetseld en overdekt, vanaf dan is het zoals een open riool en dat kan men ruiken wanneer men er in Leest naast loopt. Gelukkig was de wandeling ernaar genoemd maar bleven we niet veel in de buurt.
Deze streek is dan ook een meer agrarisch gebied in de buurt van de gekende Mechelse veiling, hier kan je alles vinden wat met groenten te maken heeft, prei, alle soorten kool, aardappelen, salade tot spruiten en venkel, toen we op een gegeven moment door een korenveld liepen waar een pad was doorgemaakt hoorden we de aren openspringen door de zon, een mooi geluid als je even stil was, het ging van pets, pets, de muizen lagen daar zeker niet dood van de honger.
Wel moet gezegd dat deze streek, ondanks het stinkende water een bezoekje waard was, we kenden deze omgeving van St Katelijne Waver waar we deze winter mochten vertoeven voor een wandeling. Het is moeilijk voor te stellen, maar ooit moet het toch anders zijn geweest, in de tijd toen de dieren nog konden spreken. Ik heb hierover nog een prachtig gedicht gevonden, het stemt de mens wel tot nadenken. Ik hoop dat de dieren snel terug mogen spreken, dan komt die mooie tijd zeker terug.
Gedicht "De Zenne"
God allen weet hoelang
ik vloei in deze streek.
Rustig en ongestoord
gingen de eeuwen aan mij voort
hier in Gods vrije natuur :
moeras of schor was mijn gebuur.
De mens ontdekte mijn wildernis
en trof in mij de beste vis.
Zo is hij aan ´t vissen gegaan
en is het dorp van Leest ontstaan.
Dit stoere, ruwe vissersvolk
doorzocht mij, elke draai of kolk.
Dan zwol ik van woede
en ik gramde
en ik zette me uit tot verre te lande.
Weldra beroofde men mijn vrijheid :
langs beide kanten kreeg ik een dijk.
Uit tegenzin en ook uit nijd
besmeurde ik de omgeving met mijn slijk.
Duizenden boten heb ik gedragen
want aan mijn zijde
lag de Brusselse haven :
Ik voerde steen, zand, zout en zo meer.
Men ontnam mij echter ook die eer :
geen boten meer, geen prauw.
Zelfs mijn water schijnt in eeuwige rouw :
een erfenis van de fabrieken.
Zo kan men mij op verre afstand rieken.
´k Dien enkel nog om ´t afval op te slikken,
willen z'er te Brussel niet in stikken!
De bevuiling komt langs ontelbare sluizen
zelfs de paling hebben ze doen verhuizen.
Wanneer bemoeit de mens zich daar ook eens mee?
Of ik maak alles zwart tot aan de zee.
Kamiel De Wit
Leest 1958
3 opmerkingen:
Die foto van dat pad in een welig korenveld is wonderbaarlijk mooi en vervult mij met een onbestemd verlangen naar mijn kindertijd, toen we tussen de halmen ons 'geheime kamp' bouwden.
@ smiling cobra, zulke gedachten getuigen van een ver verleden, trouwens, het maken van zulk een kamp zou nu niet lang meer geheim blijven vermits het koren dat men nu zet maar half zo hoog is als vroeger, dit heeft het grote voorbeeld dat het niet meer zo vlug neergaat bij hevige regen of wind, trouwens ik heb gezien dat men nu dag en nacht bezig is met de dorsmachines, binnen is binnen en het was tijd ook, knets, knets, weet je nog.
Deze prachtige foto's geven Prachtige sfeerbeelden van mijn dorpje aan de Zenne.Het doet me denken aan mijn jeugd in de jaren veertig.In de boerderijen en de scholen hadden tientallen zwaluwen hun nesten gebouwd,die zochten naar insecten. De leeuweriken klommen in de blauwe lucht met hemels gezang.De velden waren zwanger van koren,haver, gerst,klavers enz...Maar spijtig blijft het bij herinneringen.
Een reactie posten